From English-Dutch FreeDict Dictionary ver. 0.2: per /pər/ 1. aan, in, binnen, per, te 2. door bemiddeling van, door middel van, door tussenkomst van 3. om, om te, tegen, ten einde te, voor
per /pər/ 1. aan, in, binnen, per, te 2. door bemiddeling van, door middel van, door tussenkomst van 3. om, om te, tegen, ten einde te, voor